Ingeleverd

Ingeleverd. Ik ben af van de boekhouding van 2018. De boekhouder, doorgaans moeilijk te peilen, lacht als hij me ziet. Waarschijnlijk omdat ik ook lach. De schaamte voorbij. Twee keer een inleverafspraak afgezegd, voor werk dat nauwelijks tijd en moeite had gekost als ik het had bijgehouden. Na mijn laatste afbellen maakten we geen nieuwe afspraak. ,,Kom maar als je zover bent, jij bepaalt nu het tempo.” Dus mijn entree, een tas mappen in mijn hand, komt onverwachts.

Hij is niet boos. Hem maakt het niets uit. Ik ben de enige die last heeft van mijn eigen achterstanden. Hoewel… ook Erwin natuurlijk, getuige van mijn chagrijn, zelfs, of zelfs vooral, als hij me probeerde te helpen. En indirect nog veel meer mensen, omdat deze achterstanden onevenredig veel van mijn aandacht vroegen, die ik niet aan hen, of mijn lessen of mijn andere werk kon besteden.

Ik had opluchting verwacht, maar voel hoofdpijn, en daar dan weer teleurstelling om. Ook verdriet, klein, niet fijn. Het is niet zo dat mijn leven sinds de gemiste deadlines heeft stilgestaan. Ik heb gewerkt, lesgegeven, ben uitgeweest, heb een opleidingsdag gevolgd, ben naar een uitvaart geweest. En in zekere zin juist wel.  Een hele reeks zaterdagen en doordeweekse baanvrije uren, voelden niet vrij. Het voelde alsof ik vastzat en bij elk idee dat me opkwam werd teruggefloten: “nee, eerst de boekhouding.”

Ik voel ook energie, neigend naar ongeduld. Niet vanavond, maar morgen ga ik aan Die Andere Dingen beginnen.